Geweldloosheid in woorden.
Strijd taal
De taal die wij spreken lokt tweedeling en splitsing uit, uitsluiting en uitbuiting, angst en wantrouwen, in dit artikel wil ik stilstaan bij de taal die we in Nederland gebruiken en hoe die de samenleving beïnvloedt.
Waarneming- gevoel/ emotie- woorden- gedrag
De hele dag door hebben we gedachten. Ze worden gevoed door waarneming, zowel van wat we buiten onszelf waarnemen met onze zintuigen, alsook door wat er binnenin ons speelt. Een groot deel van die gedachtenstroom is onbewust.
De manier waarop we waarnemen, zeg maar de bril waardoor we naar de wereld, kijken is afhankelijk van een heleboel factoren. Onder andere de plek waar je geboren bent, en opgroeit, het land, de cultuur, het milieu, de familie, de tijd.
Die ervaringen en waarnemingen delen we met onze medemensen door woorden. Deze woorden komen dus voort uit gedachten die weer voortkomen uit de manier waarop we waarnemen.
En dat is weer de voeding voor ons gedrag en het functioneren van onze samenleving.
In onze cultuur is het belangrijk een mening te hebben, te weten wat je wil. Het is bijna vanzelfsprekend dat je iets wil bereiken, carrière maakt. Je hebt een imago, een persoonlijkheid. Je meet jezelf af aan de ander. Dat vind je terug in de taal en in onze hele maatschappij.
Meten
Al tijdens de zwangerschap wordt dit individuele denken in ons geprogrammeerd. Elke paar maanden is er een echo om te zien of je goed groeit, of je wel voldoet aan de op dat moment geldende normen. Dat meten gaat maar door: bij het consultatiebureau, de kleuterarts, je ouders zijn trots als je al heel jong je eerste stapjes zet en je eerste woordjes brabbelt. Dan komt de school met alle toetsen en examens, de zwemlessen, de judo lessen. Overal zijn diploma’s te halen en wordt je ‘gemeten’.
Onbewust werkt dit heel sterk door. Als je een diploma haalt of een andere mijlpaal, vieren we een feestje, krijg je een cadeautje. Het gevolg kan zijn dat je extra goed je best gaat doen voor nȯg meer cadeautjes en erkenning. Maar niet iedereen kan de beste zijn en je vriendje is beter. Jij gaat nog meer trainen, of oefenen of leren…………..
Er ontstaat competitie, strijd.
Toch is je vriendje beter, je wordt afgunstig of boos, of misschien vind je jezelf wel waardeloos of slecht. Gedachten als;
Ik heb het niet verdiend, want…………….
Ik ben het niet waard, omdat…………….
Dit soort denken is heel gewoon in onze cultuur.
Denk je eens in wat dit doet voor iemands eigenwaarde?
Specialisten
Je wordt volwassen en gaat aan het werk. Ook daar moet je weer je best doen om beter te zijn, om je te onderscheiden. Hiervoor hebben we mode uitgevonden, en niet alleen qua kleding maar ook huizen, auto’s, zelfs eten en huisdieren zijn hieraan onderhevig.
Alles om je maar te onderscheiden van de ander.
Je gaat nog beter je best doen, je gaat je specialiseren.
Een duidelijk voorbeeld hiervan is de sport. Het gaat hierbij niet meer om samen leuk een spel te spelen maar je moet winnen. We gaan de teams zorgvuldig opbouwen met aanvallers en verdedigers. De spelers worden specialisten op hun eigen plek.
En specialisatie vind je weer terug in alle onderdelen van de samenleving: Chirurg, cardioloog, loodgieter, elektricien, banketbakker, rechter, advocaat, enz. Ieder heeft zijn eigen specialiteit.
Verdedigen.
Je moet winnen, je moet je best doen, je beste beentje voorzetten, je moet je onderscheiden, je moet je beschermen, je moet je verdedigen tegen de ander………….
De ander is een vijand, wil jou plek, jou baan, jouw auto enzovoort. Je moet altijd knokken en strijden. En als je dat niet doet dan ben je een loser, een softie, een watje. Dit is allemaal dagelijks taalgebruik, onze hele samenleving is ermee doorspekt.
Zo worden we steeds meer individu. We moeten opkomen voor onszelf, onze plek, voor onze standpunten, onze bezittingen en onze denkbeelden. En om dat alles te kunnen behouden bedachten we grenzen en bouwden we verdedigingsmuren, en richten we een leger op. En als persoon bouw je een imago om gevoelens en emoties als pijn en angst niet te hoeven voelen.
Grenzen
Op denkniveau kunnen we die scheiding maken tussen lichaam en geest, tussen Nederland en Duitsland. Maar op gevoelsniveau is die scheiding er niet.
Met ons intellect hebben we rechte lijnen getrokken tussen de diverse landen. Een natuurlijke scheiding tussen culturen is een rivier of een bergketen.
Na de 2de wereld oorlog zijn we als Nederland in een opbouwfase is gegaan. ‘Samen de schouders eronder’ en een nieuw land opbouwen. Dat ging een lange tijd goed. In de jaren 80 van de vorige eeuw ontstond er steeds meer de competitie maatschappij, groei, groei, groei, het ging maar door.
Waar was het omslagpunt, waar was de grens bereikt? Onbewust gingen we door, niet beseffend dat we de natuurlijke scheidslijn over zijn gegaan.
Zo gaat het ook in het individuele leven. Je gaat studeren en op kamers, je eigen plek, je krijgt een baan, vindt een partner, er komt een hypotheek, een kind, en dan een burn out. Waar ging je eigenlijk die grens over?
Onbewust hebben we een samenleving gecreëerd die gestoeld is op angst, wantrouwen en tekort.
Er heerst bij veel mensen een gevoel van tekort te schieten, niet goed genoeg te zijn, niet genoeg te hebben, angst om wat kwijt te raken. We hebben daar oplossingen voor gevonden in de vorm van mode, specialisaties, verzekeringen maar toch blijft diep van binnen dat knagende gevoel.
Pingback: Zieke taal – Ontspannen Leven